In het appartement van Jean Baudrillard stonden vijftig tv’s. Deze hielden de filosoof op de hoogte van wat er gebeurde, of niet-gebeurde, in wat anderen beschouwden als de werkelijkheid. Soms ging hij zelf poolshoogte nemen. Dat leverde opmerkelijke gedachten op … in al zijn enthousiasme over de vooruitgang had de mens een ongehoorde misdaad verricht: de harde werkelijkheid vervangen door een beeldenstorm van ‘simulacra’, ofwel ‘schijnbeelden’ …

De Groene Amsterdammer, Patrick van IJzendoorn, 16 maart 2007 – verschenen in nr. 11

Aanzet zijn een veelheid aan bronnen zoals filosofische beschouwingen, literatuurfragmenten, citaten, essays over media, cultuur, geschiedenis van kunst, architectuur en design, krantenkoppen, maar ook foto’s van steden, avatars, beelden uit games, social media en digitale manipulatie … deze bronnen geven richting aan haar binnenwereld.

Met een romantische blik, van achter haar desktop, haar veilige thuishaven, zwerft ze door de digitale wereld. Gegrepen door Fernweh, voelt ze zich als David Roberts, de Schotse romantische schilder die in 1838 naar Egypte reisde en vandaar zeer precieze schetsen van het Oude Egypte en Cairo mee naar huis bracht. N.W. bezoekt steden waar ze nog nooit geweest is, reist tussen het heden en verleden met 1 klik, 1 zoekterm, associatief… en maakt van die cyberspace, die plekloze plek, die vlucht uit de werkelijkheid digitale schetsen. Het componeren, monteren, construeren tot een beeld gebeurt nadien, in eerste instantie op het grafisch tablet, nadien in het atelier. Net als Friedrichs landschappen, zijn deze werken een montage van fragmenten die N.W. op verschillende plaatsen en momenten verzameld heeft. Net als Friedrich maakt ook zij haar eigen “Seelenlandschaften”, landscapes of the soul.